Onderweg van Drachten (Friesland) naar Eelde (Drenthe) rijden we begin juli door het drie-provincies-punt in het noorden van Nederland. Deze voor ons onbekende streek schenkt de bezoeker een zeer open en wijds landschap met slechts hier en daar een dorpje. Veel groene weides, afgewisseld met bospartijen. De wegen zijn smal en omzoomd met bomen. Boerderijen liggen verspreid in deze oer-Hollandse natuur. Er lijken bijna geen andere verkeersdeelnemers te zijn. Gesteund door het mooie weer met veel zonneschijn en een blauwe lucht straalt dit landschap een enorme kalmte en rust uit. Heel verfrissend en zeer aangenaam in deze drukke en rumoerige tijd.
We zijn op weg naar Eelde, naar het zgn. Nijsinghhuis, onderdeel van Museum de Buitenplaats. In 1971 kochten Jos en Janneke van Groeningen dit monumentale, zeventiende-eeuwse pand voor een symbolisch bedrag van 1 gulden, onder de voorwaarde het pand volledig te restaureren. Dat deze restauratie zeer goed is uitgevoerd zien we direct als we de kern van Eelde binnenrijden. Dit oorspronkelijke schultehuis ligt te pronken in een oase van groen, waaronder een uitgebreide appelhof met 21 verschillende appelrassen. De fruittuin is aan een zijde begrensd door een zgn. slangenmuur. Oorspronkelijk was de boomgaard in de 18de eeuw veel groter, met ruimte voor 255 verschillende appelrassen
Aangenaam verrast door dit fraaie totaalbeeld gaan wij echter spoorslags naar binnen. Het is immers de binnenzijde van dit huis die onze aandacht en interesse had getrokken. Het gehele interieur van het Nijsinghhuis is door vijf kunstenaars voorzien van prachtige wand- en plafondschilderingen.
Blauwe kamer Foto: @Sake Elzinga
Om het interieur van hun Nijsinghhuis te verfraaien, nodigden Jos en Janneke van Groeningen enkele schilders uit die tot de Noordelijke Realisten behoorden. Als eerste startte Matthijs Röling in 1983 met de zogeheten Blauwe Kamer. Daarna volgden de bibliotheek en later de wanden van de entreehal. Eerder al voorzag Matthijs Röling hier samen met Wout Muller het plafond van een sterrenhemel. In het achterhuis schiep Wout Muller een erotisch kabinet. De ramen van dit kabinet kijken uit op de tuin, die ook prominent aanwezig is op de geschilderde panelen. Pieter Pander voorzag de achterwand van het koetshuis van een wandschildering. Verder beschilderden Clary Mastenbroek en Olga Wiese elk een vertrek in het bovenhuis.
Beschildering op paneel boven een deur. (bibliotheek)
Onze aandacht ging toch vooral uit naar de Blauwe Kamer van kunstenaar Matthijs Röling. Hij wordt beschouwd als geestverwant van de derde generatie van de Groep van de Figuratieve Abstractie, bij afkorting De Groep genaamd, en hij wordt gerekend tot de grootste figuratieve schilders in Nederland. Zijn vroege werk bestaat voornamelijk uit stillevens en mythologische voorstellingen. Later bekeerde hij zich tot mensfiguren en naakten om aan het einde van zijn loopbaan veelal prachtig gedetailleerde tuinen te schilderen.
Jos en Janneke van Groeningen hebben van deze kamer een eetzaal gemaakt, waar ze regelmatig speciale diners voor gasten organiseerden. Tegen een ultramarijne, koningsblauwe achtergrond werd dan de tafel mooi gedekt, Janneke had de hele dag in de keuken gestaan en gezamenlijk genoten ze hier van het avondmaal. Het was de eerste ruimte die Röling beschilderde. Zijn inspiratie haalde hij uit verscheidene Aziatische en inheemse culturen. Dat is te zien aan de figuren op de muur en ook aan de dieren, zoals de twee olifanten. Matthijs Röling schilderde er talloze figuren, planten, dieren en andere versieringen bij in groen, wit en enkele aardetinten. Het groen op de muren heeft hij afgestemd op de kleur van de vensterbanken en panelen aan de raamzijde van deze ruimte, die hier van oudsher al aanwezig waren, en dus volledig in de stijl van architect-kunstenaar Daniel Marot (o.a. bekend van Paleis Het Loo in Apeldoorn en van de Trêveszaal in Den Haag).
Rondwandelend door de fraai beschilderde vertrekken – wij waren de enige bezoekers – overviel ons voor de tweede keer die dag het gevoel van rust en tevredenheid. Na de natuurlijke rust die wij onderweg genoten was het hier het huis met de fraaie beschilderingen die ons hetzelfde gevoel gaf.
Je bent niet op zoek naar mooie dingen. Je komt ze tegen.
Tevreden zijn wij weer huiswaarts gekeerd.
Cees Alfrink